top of page

Binnenkort loop ik stage in het eerste leerjaar. Ik sta namelijk in 1A, in Sint-Victor Beersel. Het is de eerste keer dat ik hier stage zal lopen en ook een eerste keer dat ik in het eerste leerjaar ga staan. Ik ben heel benieuwd hoe dit zal verlopen... 

Het thema dat ik heb gekregen waarrond ik gedurende 2 weken zal werken, is thema herfst. Heel toepasselijk voor deze periode! Ik ben nu al heel wat ideetjes aan het opdoen en aan het nadenken waarrond ik kan werken... Je vindt zoveel, maar het is aan jou om er het juiste uit te kunnen halen ;)

Hier zijn al enkele ideetjes die ik heb gevonden:

Ik ben ook al een paar keer gaan observeren en gaan kennis maken met de klas. Ik heb in het totaal 17 leerlingen. Hier enkele foto's van hoe de klas eruit ziet. 

De Brainstormtechniek die ik heb toegepast:

  1. Verschillende voorwerpen verzamelen in een zak en de leerlingen mogen deze voorwerpen dan voelen en uit de zak halen. Aan hen om ze te beschrijven en te vertellen wat ze voelen en achteraf eens nadenken wat die voorwerpen allemaal gemeen kunnen hebben. De leerlingen gaan aan de hand van deze voorwerpen moeten achterhalen wat het thema is. Omdat de bolster nogal erg prikkelbaar is ga ik ze laten voelen met behulp van een handschoen. --> In de kring.

  2. Er gaan verschillende afbeeldingen getoond worden in de klas. De leerlingen krijgen een groene en een rode post-it. Als ze het een leuke afbeelding vinden dan mogen ze de groene in de lucht houden. Vinden ze het een mindere afbeelding, helemaal niet leuk, dan mogen ze de rode post-it in de lucht steken. --> Dit gebeurt ook in de kring.

  3. Een kort gesprekje houden over het thema om op nog enkele ideeën te komen. Werken met de sleutelvragen. Wat vind jij van de herfst? Wat doe je zoal in het bos? Waarom vallen de blaadjes van de bomen? Wat als de herfst niet meer bestaat? Het antwoord is tak, welke vraag zou je kunnen stellen? Welke dingen ga je nooit terugvinden in het bos? Wat als de bolster, … konden praten? Wat zouden ze dan zeggen of vragen? Zou een blaadje pijn hebben als het op de grond valt? Wie leeft er allemaal in het bos?

 

Resultaten van de brainstorm:

  1. Wat weten de leerlingen al over het thema?

  • De leerlingen kennen al verschillende vruchten van de bomen.

  • Ze weten dat de blaadjes in de herfst van de bomen vallen.

  • Ze kunnen de verschillende seinzoen opsommen en enkele kenmerken benoemen. Zoals: herfst = de blaadjes vallen van de bomen, winter = dan wordt er met sneeuwballen gegooid, lente = dan worden de bomen wat groener en de zomer = dan wordt het weer warmer en is het vakantie.

  • De leerlingen weten dat paddenstoelen giftig zijn en dat je ze niet allemaal mag opeten.

  • Ze weten ook dat er in een bolster kastanjes zitten.

  • De leerlingen weten ook al verschillende dieren die in het bos leven; egels, eekhoorn, uilen enz.

  1. Wat willen de leerlingen nog over het thema weten?

  • Welke andere dieren er nog in het bos leven?

  • Welke verschillende vruchten je hebt?

  • Waarom de blaadjes van de bomen vallen?

  • Wat er gebeurt met de vogels tijdens dit seizoen?

  1. Wat willen de leerlingen nog rond het thema doen?

  • Een soepje maken van kastanjes of andere vruchten.

  • Naar het bos gaan en daar veel materiaal verzamelen.

  • Ze willen rond het thema experimenteren.

  • Knutselen met de blaadjes.

  • Zien wat er gebeurt met een dennenappel als je die op de verwarming legt.

44436581_1919814418065370_74442969052505
44540159_731419050528032_629153816272437
44576900_2250820615191186_50732006812470
44494148_563680210756160_821384650228026
44560310_522687214846285_368974158864213
44613879_479695532524348_361244408296348
44444037_1083882475111970_54878712395758
44540213_546929649081301_231263460234415
44544465_1688698527925167_19227751767311
44461902_338733230008635_138790239518641
Voor mijn stage ben ik ook een paar keer naar het bos geweest om materiaal te verzamelen en om veel foto's te nemen!
Tijdens mijn stage heb ik gewerkt rond 3 focussen: leerlingen initiatief, spel en fantasie. Natuurlijk zijn er wel nog meerdere focussen, maar wij moesten er 3 kiezen, zo heb je nog: samenhang, rust, beweging, concrete ervaringen. 
Spel, is natuurlijk heel belangrijk in de ontwikkeling van jonge kinderen. Door te spelen ontdekken ze zoveel dingen, hun eigen lichaam, hun eigen kunnen en doen en de ruimte. Het is ook veel leuker voor jonge kinderen om het op een speelse manier te ontdekken dan heel klassikaal te moeten luisteren...
Fantasie, dit is een hele leuke. Het is nog zo een jonge leeftijd waarbij fantasie nog centraal staat. Om daar mee dan aan de slag te gaan is super leuk! 
Leerlingen initiatief, dit vind ik een belangrijke. Dat de leerlingen al eens voor zichzelf kunnen uitmaken of ze hulp nodig hebben of niet en nog veel meer. 
Dit was echt een super leuke stage!! 
1 van de dingen die ik leuk vind om in een eerste leerjaar te staan is dat echt alles nog nieuw is voor hen. Je moet hen leren tellen, leren schrijven, leren lezen, leren samenwerken, ... Het geeft een fijn gevoel dat jij (als leerkracht dus) die basis bij de leerlingen hebt kunnen leggen!
Tijdens mijn stage heb ik me ook gefocust op 3 focussen. Mijn 3 focussen waren spel, fantasie en leerlingen initiatief. 
Voor spel heb ik een lettertwister, voeldoezen, bingo's, ... geïntroduceerd. De leerlingen komen nog maar net uit het kleuterklasje en daar wordt er nog heel veel al spelend geleerd. 
Voor fantasie heb ik gewerkt met Pieter, Pieter was onze egel die verdwaald was en aan ons om hem te helpen zijn weg terug te vinden. Zo heb ik ook met veel verhaaltjes gewerkt en een toverdoos. 
Voor leerlingen initiatief had ik een werkwinkel gemaakt. De leerlingen mochten zelf beslissen wanneer ze naar de werkwinkel naartoe gingen. Zo had ik ook een leeshoek en een ontdek tafel voor de leerlingen. De leerlingen konden zelf ook hun oefeningen nakijken en mochten zelf beslissen of ze deelnamen aan de mini-klas (natuurlijk begeleide ik dit als leerkracht goed!). 
Tijdens deze stage moesten we ook een thema uitwerken. Mijn thema was "De herfst". Ik had voor mijn rode draad gekozen voor een verdwaalde egel Pieter die het allemaal niet meer zo goed wist. Aan de klas om Pieter te helpen en zijn weg terug te vinden. Wij moesten hem ook steeds alles van het bos uitleggen, zoals de bomen en de dieren die er leven. Zo had ik het pad dat Pieter moest afleggen om thuis te geraken visueel voor hen gemaakt. Het was een soort puzzel, telkens als we iets hadden ontdekt of waren te weten gekomen moesten we dit uitleggen aan Pieter. Als hij het had begrepen kregen we een puzzel en konden we verder het pad afgaan. Op het einde was het huisje van Pieter zichtbaar en was hij thuisgeraakt. Ondertussen zijn we ook alles te weten gekomen over het bos en de herfst. 
Zo was ik ook bijna vergeten te zeggen dat we de eerste dag van mijn stage een uitstap hadden gemaakt naar het bos. Zeer leerrijke ervaring voor de leerlingen!
Ik heb vooral genoten tijdens deze stage en heb weer wat zelfvertrouwen gewonnen. 
bottom of page