Hier zie je mijn brainstorm, later zijn hier wel nog woorden bij gekomen.

​

Dan zijn we moeten gaan brainstormen met de leerlingen. Op deze manier konden we de interesses te weten komen en ook wat ze nog graag wilden leren en doen rond het thema vliegen. Zo geef je de leerlingen ook een verantwoordelijkheidsgevoel. 

​

- Wat weten de leerlingen al over het thema?

• De leerlingen kennen al verschillende dieren die kunnen vliegen, waaronder: arend, meeuw, reiger, ooievaar, papegaai, kip, uil, vlinder, pauw …

• De leerlingen kennen ook verschillende types die kunnen vliegen, waaronder: vliegtuig, raket, luchtballon, zeppelin, helikopter …

• De leerlingen weten ook wie Harry Potter is en hoe hij kan vliegen, nl. met een bezemsteel. Sommigen hebben de boeken gelezen en de films gezien.

• De leerlingen weten ook wie Mary Poppins is, ze hebben de film ook al gezien.

• De leerlingen kennen de film Aladdin ook en dat hij rondvliegt op een vliegend tapijt.

• De leerlingen hebben ook de film Up al gezien en weten ook hoe deze verloopt.

• De leerlingen weten ook dat je kunt vliegen met vleugels en met behulp van een jetpack.

• De leerlingen kennen ook al verschillende liedjes die over vliegen gaan. Het vliegerlied, jipiejahee van Samson en Gert, K3 airlines, piloot van Samson en Gert, …

• Sommige leerlingen zijn ook al eens op vakantie geweest met het vliegtuig.

 

- Wat willen de leerlingen nog over het thema weten?

• De leerlingen willen graag meer weten over Harry Potter. Hoe het zweven in zijn werk gaat.

• De leerlingen willen ook meer weten over Up. Hoe iets kan vliegen m.b.v. ballonnen. Hoe je nog andere zaken in de lucht kunt houden of doen vliegen.

• De leerlingen willen ook meer weten over draken. Hoe ze kunnen vliegen en wat er zo speciaal aan is.

• Hoe er werd gevlogen in het verleden. Hoe de vliegtuigen eruitzagen en hoe ze tot nu zijn geëvolueerd. Hoe er zal gevlogen worden in de toekomst. Of er eventueel vliegende auto’s zullen zijn in de toekomst.

• Hoe het is om op een vliegend tapijt te zitten. Hoe je de wereld kunt ontdekken vanuit de lucht. Het gevoel dat je daarbij krijgt.

• Hoe je bepaalde zaken kunt laten vliegen. Hoe je je knuffel in de lucht kunt krijgen, hoe je het kunt laten vliegen.

 

- Wat willen de leerlingen nog rond het thema doen?

• De leerlingen zouden graag willen experimenteren met ballonnen, hoe ze bijvoorbeeld hun knuffel in de lucht kunnen houden m.b.v. ballonnen.

• Hoe ze nog andere zaken kunnen laten vliegen, niet enkel met ballonnen.

• Ze willen rond het thema experimenteren.

• De leerlingen zouden zelf ook eens willen vliegen, eens uittesten hoe dit zou gaan.

• Een vliegertje maken. 

​

Dan heb ik alles op een rijtje gezet en eens gezien rond wat ik allemaal kan werken. Ik ben opzoek gegaan naar mijn rode draad en bijpassende sleutelvragen. 

 

Rode draad en sleutelvragen

De eerste dag zullen we werken rond volgende onderzoeksvraag:

• Op welke manieren kunnen ballonnen allemaal vliegen?

Op deze dag ga ik eerst terugblikken naar de brainstorm die we tijdens de observaties hebben gedaan. Op deze manier probeer ik alles een beetje op te frissen. Na deze terugblik ga ik het thema kort inleiden. Daarna hebben de leerlingen een turnles, daar gaan we werken met ballonnen. Hoe we deze kunnen laten vliegen.

 

De tweede dag zullen we werken rond volgende onderzoeksvraag:

• Hoe bewegen vogels door de lucht?

Op deze dag gaan we werken rond de vogels. We gaan kijken hoe ze kunnen vliegen en bewegen in de lucht. Daarna gaan we echt bewegen zoals vogels m.b.v. muziek.

 

De derde dag zullen we werken rond volgende onderzoeksvraag:

• Op welke manier wordt een stappenplan geschreven?

Op deze dag gaan we een stappenplan schrijven van de proefjes die we de dag erna zullen doen. Zo kunnen de leerlingen al nadenken en fantaseren over wat hen te wachten zal staan.

 

De vierde dag zullen we werken rond volgende onderzoeksvragen:

• Wat heeft de mens overgenomen van vogels om te kunnen vliegen?

• Heb je enkel vleugels nodig om te kunnen vliegen? (Godsdienst)

Op deze dag zullen we tijdens godsdienst een gesprek voeren over vliegen. Daarna gaan we allemaal proefjes uitvoeren, om na te gaan hoe wij dingen kunnen laten vliegen.

 

De vijfde dag zullen we werken rond volgende onderzoeksvragen:

• Hoe komt een gedicht tot stand?

• Wat kan je allemaal uit de wolken halen?

Dit is de laatste dag om aan het thema te werken. Hier gaan we werken rond gedichten. Om deze gedichten te maken gaan de leerlingen naar buiten gaan en naar de wolken kijken, ze gaan hierrond fantaseren. Om de dag te eindigen, gaan we nog eens naar onze themahoek kijken en zien wat we allemaal hebben gedaan en wat we te weten zijn gekomen.

 

De rode draad:

Ik ga werken met een verhaaltje. Toen ik deze ochtend naar school wou vertrekken, stond er opeens een doos voor mijn neus. Ik keek nog eens goed rond of ik niemand zag, maar er was niemand te bespeuren. Ik nam de doos mee naar binnen, ik was heel benieuwd wat er allemaal in de doos zou kunnen zitten. Ik heb snel gekeken en dacht bij mezelf dit moeten jullie ook eens zien. Jullie mogen allemaal eens komen voelen in de doos. Eens het geweten is dat er een vogel in zit kunnen we verder. Aan de vogel hing een kaartje: “Hallo, mijn naam is Hejhey. Ik zit namelijk met een groot probleem. Ik kan niet vliegen. Zouden jullie mij willen helpen terug te kunnen vliegen?”

 

Op deze manier ga ik samen met de leerlingen opzoek naar allerlei manieren om Hejhey te kunnen laten vliegen. We gaan opzoek gaan naar oplossingen voor zijn probleem.

Op dag één gaan we experimenteren met ballonnen. We gaan kijken of Hejhey kan vliegen m.b.v. ballonnen. Maar dat is wel wat raar, een vogel dat gaat vliegen met ballonnen. Dan gaan we eens kijken naar andere vogels, zij gebruiken hun vleugels. Misschien kan Hejhey wel vliegen m.b.v. zijn vleugels? Maar stel je eens voor dat het slecht weer is, of dat hij zijn vleugel heeft gebroken. Dan moeten er wel nog andere manieren zijn om te kunnen vliegen. Dat gaan we allemaal eens uittesten m.b.v. de proefjes. Op het einde zou Hejhey zelf hoger moeten kunnen vliegen dan de wolken.

 

Op het einde van de dagen gaan we steeds terugblikken. Hoe zou Hejhey nu kunnen vliegen? Welke mogelijkheden hebben we vandaag allemaal gezien? Welke is de beste mogelijkheid volgens jullie?

​

Hoe heb ik deze stage ervaren:

Deze stage was echt super! Ik ben blij dat ik het heb mogen doen ;). De school was ook super! De directie stond steeds klaar om te helpen en ook bij de andere leerkrachten kon je steeds terecht met vragen. Ik vind van mezelf dat ik tijdens deze stage ook meer ben open gebloeid, ik heb meer zelfvertrouwen gekregen. De lessen verliepen vlot en er hing een toffe sfeer in de klas. Iedereen was steeds mee met de lessen en met het thema. Want zo was Hejhej eens uit onze klas verdwenen en iedereen was opeens in paniek. Wat bleek nu, de juf van het 3de leerjaar (dat was de klas naast ons) had Hejhey gestolen en ging hem alleen maar terug bezorgen als we de oefeningen van wiskunde correct hadden opgelost. Gelukkig kwam dit goed! Onlangs was ik zelf nog iemand tegen gekomen vanuit deze klas en ze zei me dat ze het thema heel leuk vond. 

​

Want na mijn ervaring van de school in Lot (waar geen leuke sfeer hing, daarmee bedoel ik dat de leerkrachten daar geen goedemorgen zeiden en niemand vroeg er ook hoe de stage was gegaan enz.) vond ik deze school echt GEWELDIG! Ik had een top mentor die steeds voor me klaar stond en de sfeer in de klas zat ook heel goed. Ik voelde me goed tijdens deze stage en ik kreeg ook meer zelfvertrouwen, ik had niet steeds nood aan bevestig omdat ik ook van mezelf wist dat het goed liep (dat merkte ik aan aan de leerlingen). Deze stage zo ik zo nog eens willen overdoen!

​

Ik had zelf de tijd genomen om leuke dingen met de leerlingen te kunnen doen!

​

​

​

​

​

​

​

​